Tip 1 – Gebruik het concept correct
In een onveilig team lopen mensen risico op uitsluiting, pesten, bestraffing of intimidatie. Best serieus dus. Als de term onveiligheid valt moet je wel kijken of dát aan de orde is. Want onveiligheid is niet hetzelfde als je zin niet krijgen. En ook niet hetzelfde als een ‘ongemakkelijke’ situatie. Gebruik de term ‘correct’, waarbij je het beste met het team zelf kunt bespreken wat dat is.
Teamontwikkeling veronderstelt dat er leren plaatsvindt, en dat kan oncomfortabel zijn. Maar niet per se onveilig. Gedoe in een team zakt naar de onderstroom, omdat mensen moeilijke dingen liever vermijden. Dat verdwijnt niet vanzelf, daar moet je het over hebben (als je er last van hebt). Ook dat voelt ongemakkelijk. Maar weet je wát onveilig is? Als iedereen ‘het’ voelt maar niemand zegt iets.
Tip 2 – Werk aan transparantie
Probeer in je team onderling transparant te zijn. Dat betekent dat je je uitspreekt en elkaar feedback kan geven. Soms is dat eng en kwetsbaar. Maar iedereen kan het leren en mijn ervaring is dat het teamleven enorm kan ontspannen als het eenmaal lukt.
Leer teamleden om zichzelf te ‘ondertitelen’ als ze iets zeggen of doen. Gewoon een kleine toelichting geven op wat je zegt (of waarom je iets niet zegt). Als teamcoach kun je hier vanaf de eerste minuut het goede voorbeeld in geven.
Tip 3 – Onderzoeken, niet oordelen
In teams word je uitgedaagd om overal iets van te vinden. Over de inhoud van het werk, over beslissingen die genomen gaan worden, over klanten, patiënten, managers en over elkaar. Dat kan nodig zijn, maar oordelen over elkaar kunnen het ook onveilig maken. Zorg dat je als teamcoach blijft onderzoeken. Stel voortdurend verwonderde vragen. Zo laat je merken dat iedereen gelijkwaardig is, en elke mening telt.
In onze opleidingen is dit vaak een vraag: hoe zorg ik dat ik mijn oordelen niet heb? Het antwoord is: je hebt ze nou eenmaal! Maar wees je ervan bewust en zorg dat de oordelen jóu niet hebben. Jij moet aan het stuur blijven. Dus als je merkt dat je ergens iets van vindt, dan laat je daar niet automatisch door leiden. En die houding valt te leren!
Tip 4 – Vier de verschillen
Over gelijkwaardigheid nog: niet iedereen is natuurlijk hetzelfde. Integendeel. Juist in teams is het van belang dat je de diversiteit ruimte geeft. Dat levert soms spanning op, maar dat hoeft onveilig te zijn. Het is veel onveiliger om te doen alsof dat soort tegenstellingen en spanningen niet (mogen) bestaan.
Een pijnpunt is soms dat de een meer bedraagt aan het resultaat dan de ander. Maar juist dat is óók diversiteit. Zolang het geven en nemen in balans is, en men bijdraagt naar vermogen, dan kunnen dit soort verschillen prima bestaan. En dat maakt het veilig.
Tip 5 – Leer van fouten
In een tijd waarin alles perfect moet zijn is het maken van fouten nou niet direct een hobby van veel teamleden. Inderdaad, fouten wil je niet blijven maken, dus zorg dat ze wél besproken worden en leer ervan. Voorkom dus shaming en blaming. En geef als teamcoach zelf het voorbeeld door te laten zien wat je niet weet, en door kwetsbaar te zijn.
En als ‘fouten bespreken’ een te grote stap is: je kunt ook openheid creëren door met elkaar in gesprek te gaan over dingen die je ‘moeilijk vindt’. En vergeet niet dat ontwikkelen en leren vindt vooral plaats op de plek waar het spannend wordt. Psychosociale veiligheid is niet zozeer de voorwaarde om het over moeilijke dingen te kunnen hebben, maar vooral ook de uitkomst ervan!
Maar… wat doe je met zwaar belastende informatie over anderen? En hoe doe je intakegesprekken als het héél onveilig is in het team? Wat als iedereen een klacht heeft over één persoon? Best ingewikkeld…. Daar zouden we het over kunnen hebben…
Bijvoorbeeld in een van onze opleidingen. Vooral de themadag Teamcoach Fundamentals en de tweedaagse module Professioneel Teamcoachen zijn hiervoor geschikt. Beiden zijn onderdeel van onze langere opleidingen.
Of kom naar een van de Ask-me-Anything sessies, gratis en online. Op onze contactpagina kun je je hiervoor aanmelden.
Heb jij ook nog tips? Ik hoor ze graag!
Met hartelijke groet,
Martijn Vroemen